Eerder schreef ik al over onze gezinsreis door Noorwegen en de trails die ik daar ontdek. Vandaag kwamen we aan in Loen, een leuk klein plaatstje aan het Lovatnet meer en aan de voet van de Jostedalsbreen gletsjer. We verbleven op camping Tjugen net buiten het dorp en hadden afgesproken om twee nachten te blijven om de gletsjer Kjendalsbreen te gaan bezoeken aan de andere kant van het Lovatnet meer. Ik had op mijn app met hikes zitten kijken en gezien dat er een gave route naar de top van de Skala mountain liep. Een zwarte route van 8 kilometer omhoog, met een hoogteverschil van 1819 meter. Van 29 meter hoogte klimmen naar de top van 1848 meter. Een gemiddeld stijgingspercentage van 22.5%! Een mooi stukje rennen dus.
Geïnspireerd door de pro’s
Wat het nog mooier maakte was dat er op Skala mountain kennelijk ook een wedstrijd naar boven is. Helaas voor mij stond deze wedstrijd pas twee weken later op de agenda en dan was ik alweer weg. Meedoen ging dus niet, maar de wedstrijd vormde wel een goede inspiratiebron. Elk jaar in augustus rennen er atleten in competitie de berg op, waarbij de snelste in 1 uur 7 minuten finisht! Wow, dacht ik. Eens zien of ik dat ook kan, maar dan wat langzamer. Zelf dacht ik in het dubbele van die tijd de top te moeten kunnen halen. Hikend zou de tocht naar de top 6 tot 8 uur moeten duren, dus mijn ambitie was hoog.
Let’s go
Na ons bezoek aan de gletsjer vertrok ik naar de Skala mountain. Rugtasje op met 3 liter water in de camelbak, diverse Eat Natural repen en een extra shirt voor als het koud was boven op de berg en ik was weg. Onderaan de camping begon de trail al, en gelijk na het hek gaat het stijl omhoog het bos door. Het is inmiddels 14:00 uur ’s middags en ik kom bijna geen mensen tegen die omhoog gaan. Niet raar ook, want het was 26 graden in de schaduw. Het zweet gutst binnen no time van me af.
Natuurlijke obstakels
De Garmin om mijn pols geeft de hoogtemeters nauwkeurig aan en ik zie mezelf stijgen terwijl de kilometers tergend traag oplopen. Het landschap verandert langzaam van dicht bos naar een meer open bos. Ik passeer watervallen en regelmatig grazende plukjes schapen. Het pad is smal en gevuld met scherpe rotsen. Een clubje koeien blokkeert het pad en een van hen tilt dreigend zijn poot op als ik achterlangs wil lopen. Dan ze maar proberen te verjagen…. toch wel even spannend.
Zo gaat het goed
Nadat ik een riviertje oversteek verandert het landschap in toendra, ik ben de boomgrens gepasseerd, en zit pas op een kilometer hoogte. Voordeel is wel dat ik pas een uur bezig ben dus ik lig voor op schema. Ik app het thuisfront ambitieus dat ik de 2 uur hoop te halen en ren door. Dan kom ik bij een platter stuk met een meer en hier verandert het terrein in rotsblokken, rotsblokken, en nog meer rotsblokken. Het lijkt de maan wel. Gelukkig is het pad gemarkeerd met rode stippen en zijn er stukjes waar Nepalese sherpa’s trappen in de rotsen hebben gehakt.
Op naar de finish
Na pakweg een kilometer van dit terrein gaan we weer stevig stijgen, maar dan in het kwadraat. Er zijn alleen maar rotsen en sneeuw en het pad is niet meer duidelijk te volgen. Ik moet goed opletten en nu ik moe ben wordt het steeds lastiger. Waar ik in de eerste 1400 meter stijgen een stuk of acht mensen heb ingehaald, waarvan de meesten op de berg bleven slapen, komen er nu aanzienlijk meer naar beneden. Ik lijk de enige die de verkeerde kant op rent. Het gaat wel een stuk langzamer nu, en ik zie dat ik die grens van twee uur niet ga halen. Dan staat er op een rots geschilderd “from here only 20 minutes to the top”. Dat is 20 minuten voor hikers, dus ik weet dat ik er over 10 minuten moet zijn. Er zijn weer wat trappen gehakt en ik vlieg omhoog, ruik de finish. En ineens is hij daar, de Skala toren!
Skala mountain
Ik ben er! Een beetje verdwaasd loop ik een rondje over de top van Skala mountain. De toren is een van de oudste berghutten in Noorwegen en je kunt er in slapen, want het heeft drie bedjes. Het uitzicht is fenomenaal, dus ik neem even 10 minuten om bij te komen, foto’s te maken en ervan te genieten. Uiteindelijk heb ik er 2,5 uur over gedaan.
De weg terug is hetzelfde pad en gaat aanzienlijk sneller, alhoewel ik goed moet uitkijken dat ik niet te enthousiast de berg af dender. In 1,5 uur ben ik weer beneden, net op tijd voor het avondeten. Wat een gave berg zeg!
Over Team Familie
Tijdens onze gezinsreis door Noorwegen verkende ik, Sven, in mijn eentje een aantal trails. Ik zocht vaak de hike routes op als we ergens aankwamen, en ging deze dan al rennend verkennen. Voordeel van rennen in plaats van hiken is, buiten de extra uitdaging voor mij, dat je sneller weer terug bent om de rest van de dag ook nog wat te kunnen doen.