Sluitertijd of shutterspeed op een camera, dit is het | Photography Friday #1

door

Een veel voorkomend begrip binnen de fotografie is sluitertijd, ook wel shutterspeed genoemd. Niet gek, want sluitertijd is iets waar je veel mee te maken krijgt als fotograaf. We hebben het al kort uitgelegd bij de zeven termen die je moet kennen als fotograaf. Het is dan ook belangrijk om te weten wat het doet en hoe je het inzet om tot betere foto’s te komen. Of foto’s die misschien helemaal niet mogelijk lijken zonder photoshop.

Wat is de sluitertijd

Sluitertijd is de tijd die het gordijn van de camera open is om licht te laten vallen op de sensor. Een hele mond vol, maar we beloven je dat het makkelijker is dan het klinkt. Bij alle camera’s zit er voor de sensor een gordijn. Dit gordijn zorgt ervoor dat er geen licht op de sensor valt. Wanneer je een foto maakt dan zegt de camera tegen het gordijn hoe lang deze open moet blijven. Hoe lang(zam)er de sluitertijd, hoe langer het gordijn openblijft en hoe meer licht er op de sensor valt. Met de sluitertijd bepaal je dus hoe licht of donker een foto kan zijn, maar ook hoeveel beweging er in een foto zit.

Piné Cembra Cascata del Lupo
Foto: Ronald Jansen

Wat kan ik met de sluitertijd doen

De sluitertijd speelt niet alleen een rol bij de belichting, sluitertijd speelt ook een rol bij het vastleggen van beweging. Hoe korter er licht op de sensor valt, hoe meer bevroren het beeld is. Dit betekent dat je echt een moment helemaal stil zet, ook als wordt er met hoge snelheid bewogen. Dit zie je vooral terug in sportwedstrijden, maar ook bijvoorbeeld bij watervallen of sporten zoals mountainbiken, snowboarden of heliskiën. Je ziet dus ook geen bewegingssnelheid.

Lightpainting door shutterspeed

Iets anders wat je met sluitertijd kan doen is iets wat we in de fotografie ‘lightpainting’ noemen, ook wel schilderen met licht in het Nederlands. Hierbij zet je de sluitertijd van de camera zo lang mogelijk, zodat zo veel mogelijk licht op de sensor valt. Omdat je dus over een lange periode licht op de sensor laat vallen, kan je dus meer licht toevoegen. Je kan dit zelf goed uitproberen bij een brug over de snelweg. Zet je camera hier maar eens neer op een statief en zet de sluitertijd op 30 seconden. Zodra de camera klaar is zul je zien dat je geen auto’s ziet, maar alleen de lichtstrepen van de voor- en achterlichten. Sommige fotografen hebben dit naar een hoger niveau getild en maken ware kunstwerken. Niet schrikken, dit heeft veel oefening nodig en het is dus helemaal niet erg als dit niet de eerste keer lukt.

Ook kan je een mix toepassen en beweging vastleggen. Door snelbewegende objecten te fotograferen met een langere sluitertijd, zie je heel goed de bewegingssnelheid, of motion blur zoals dat in de fotografie genoemd wordt. Dit geeft een vet effect aan je foto en in combinatie met een pan-shot krijg je een heel uniek beeld.

De weergave van shutterspeed op jouw camera

De sluitertijd wordt op verschillende camera’s ook anders weergegeven. Toch zien we een gemeenschappelijke deler. Zo zijn de hele secondes altijd volledig in beeld te zien, maar dat gebruik je vooral als je veel licht op de sensor wil laten vallen. Meestal schiet je sneller dan een seconde per beeld, om bewogen beeld tegen te gaan. Een mountainbiker is namelijk veel te snel en daarom moet de camera vaak op minimaal 1/400e van een seconde staan om het onderwerp scherp te hebben. Sluitertijd sneller dan één seconde wordt altijd met breuken weergegeven, zoals bijvoorbeeld 1/400, 1/640 of 1/2000. Hoe groter het getal, hoe sneller de camera schiet. Vaak wordt met een lange sluitertijd bedoeld dat je 1/100e of langzamer de sluiter dicht laat gaan.

Sluitertijd shutterspeed
Photo by Martin Sattler on Unsplash

Waar moet ik op letten

Als je speelt met de sluitertijd, dan moet je op een aantal zaken letten. Allereerst moet je rekening houden met de lichtomstandigheden. Hoe korter de sluitertijd, hoe donkerder de foto wordt. Als het buiten bewolkt is, zal er minder licht zijn waardoor je de sluitertijd moet aanpassen. Je kan dit veranderen door de ISO-waarde aan te passen. Hierdoor kan je de sluitertijd wel weer korter maken. Pas wel op, je kan niet te hoog in de ISO gaan zitten, want dan krijg je last van ruis. Ook moet je goed bedenken wat je wil gaan fotograferen. Ga je foto’s maken van een sportend persoon dan moet de sluitertijd heel kort zijn. Zo bevries je het beeld. Ga je aan de slag met lightpainting of het fotograferen van de melkweg, dan ga je juist gebruik maken van een langere sluitertijd. Houd er dan wel rekening mee dat je wellicht het diafragma moet aanpassen.

Ga vooral oefenen met het maken van foto’s met verschillende sluitertijden. Zo weet je hoe jouw camera reageert en wat je kan verwachten met welke instellingen. Ook leuk om mee te experimenteren: neem een bolletje staalwol mee, steek deze aan en draai deze vervolgens snel in het rond!

Over de auteur van dit artikel

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Dit is een verplicht veld
Dit is een verplicht veld
Geef een geldig e-mailadres op.