Wintersporten is voor velen het moment in het jaar om naar uit te kijken. Lekker richting de besneeuwde bergen om de lekkerste afdalingen te pakken, te genieten van de après-ski en jezelf weer helemaal op te laden voor het volgende jaar. Ondertussen weten we wel dat als we richting de skigebieden gaan, we winterbanden onder de auto moeten hebben, wat de perfecte auto wintersportpaklijst is en hoe hard je mag rijden op de Europese wegen. Toch worden de officiële FIS Piste regels vaak overgeslagen. En aangezien je in feite op de piste ook deelneemt aan ‘het verkeer’, vallen de meeste piste regels onder de verkeersregels. Een ongeluk op de piste wordt daarom ook vaak als verkeersongeluk afgehandeld door de plaatselijke politie.
De 10 FIS Piste regels
Omdat de risico’s van het verkeer en het verkeer in goede banen te leiden, zijn er verkeersregels opgesteld. Voor de pistes is dat niets anders. Dagelijks zijn er duizenden skiërs, snowboarders, rodelaars en andere wintersport liefhebbers op en rondom de piste te vinden. En om dat ook in goede banen te leiden zijn er FIS piste regels. De FIS staat voor Fédération Internationale de Ski en de regels zijn ervoor om de risico’s op ongelukken op de piste te verkleinen. Zodra jij de piste op gaat, ben je verplicht om je eraan te houden. Sterker nog, je kan strafrechtelijk vervolgd worden als je je er niet aan houdt.
Ken jij de piste regels?
De regels zijn in principe vrij logisch, maar onderstaand staan ze allemaal. Klaar met de officiële piste regels, lees dan ook eens de onofficiële of ongeschreven wintersportregels.
1. Hou rekening met de omgeving en anderen
Elke wintersporter mag zichzelf en een ander niet in gevaar brengen en schade toebrengen. Je moet je daar ook zo naar gedragen en niet roekeloos over de piste manoeuvreren. Komen er twee of meerdere pistes bij elkaar, dan heeft rechts altijd voorrang.
2. Beheersbare snelheid en skistijl
Iedere wintersporter moet de snelheid en skistijl onder controle hebben. Je moet dus te allen tijde kunnen uitwijken en stoppen. Iedereen moet de snelheid en skistijl aanpassen op basis van de omstandigheden. Dat betekent dat je je snelheid en skistijl onder andere op basis van je vaardigheden, de piste, de sneeuw, het weer en de drukte op de piste aanpast.
3. Keuze van het spoor
De achteropkomende skiër of snowboarder moet een spoor kiezen en moet altijd voorrang verlenen aan de wintersporters die verder op de piste zijn. Je mag de overige wintersporters nooit in gevaar brengen of voorrang afdwingen.
4. Inhalen
Inhalen mag van alle kanten, zolang het veilig wordt gedaan. Dit betekent dat je wintersporters zowel links, rechts, van boven en van onder mag inhalen, zolang je het veilig en op juiste afstand doet. De bewegingen van de te passeren wintersporter mag niet belemmerd worden en diegene moet je niet laten schrikken.
5. Invoegen en doorgaan
Een korte break om jezelf op te laden voor de rest van de afdaling, of om te wachten op jouw groep, doe je altijd aan de zijkant van de piste en op een plek die zichtbaar is. Na de stop moet je weer invoegen op de piste en direct verder afdalen. Invoegen doe je echter alleen pas als je geen gevaar voor jezelf of de mede wintersporters bent. Je verleent dus altijd voorrang aan snelle afdalers die relatief in de buurt komen.
6. Niet stoppen op deze plekken
Geen enkele wintersporter mag stoppen op onoverzichtelijke of smalle plaatsen. Hou het veilig en zorg voor een goede doorstroming. Mocht je ten val komen op een onoverzichtelijke of smalle plek, dan moet je zorgen om zo snel mogelijk weer op te staan en verder af te dalen. Mocht dit niet lukken, zorg er dan voor dat iemand hogerop zorgt dat iedereen weet dat er iemand ligt.
7. Lopen, toerskiën of klimmen
Sneeuwschoen-wandelaars, toerskiërs, wandelaars en ieder ander die klimt of te voet afdaalt mag dat alleen aan de zijkant de de piste doen.
8. Borden en tekens
Iedere wintersporter moet de borden en markeringen kennen en opvolgen.
9. EHBBO
Iedereen is verplicht om hulp te verlenen bij een ongeluk. EHBBO staat in dit geval voor Eerste Hulp Bij Berg Ongevallen.
10. ID
Iedereen moet zich te allen tijde kunnen legitimeren.
Extra wintersport of piste regels
Naast de 10 FIS Pisteregels, kunnen er lokale of specifieke wintersportregels gelden. Deze extra piste regels kan je vinden bij de liften en borden van het skigebied. Zo zijn er pistes met een maximumsnelheid of mag je alleen langlaufen op bepaalde paden. In diverse gebieden is freesden strict verboden om de flora en fauna te beschermen. De Polit(sk)i(e) zal je overigens niet zomaar bekeuren, maar bij een skiongeval wordt er altijd gekeken of de FIS piste regels in acht zijn genomen.
